de kerstboom voor het stadhuis op de Coolsingel, 1968. Op de achtergrond het Hiltonhotel.
Het initiatief om een kerstboom uit Noorwegen te laten komen is afkomstig van Ruth Buskop-Hjelnis, vicevoorzitter van de Noorse Vereniging Rotterdam. Het is 1951 en Rotterdam was leeg, kaal en troosteloos. Op 19 december 1951 komt de spar in de IJsselhaven aan met de Noorse ss ‘Baden’. Vandaar wordt hij per trailer naar de Coolsingel vervoerd en door de toenmalige burgemeester P.J. Oud in aanwezigheid van duizenden Rotterdammers in ontvangst genomen.
Het 15 meter hoge gevaarte werd in een betonnen put met lange koker op de Coolsingel geïnstalleerd. 600 witte lampjes, 1200 meter lint en talrijke ornamenten maakten er een feeëriek geheel van. Om half acht ’s avonds werd hij tijdens een stemmige plechtigheid ontstoken. De stad fleurde er van op. Ruth Buskop danste in Noorse klederdracht met andere Noorse dames om de boom en ze zongen ook kerstliedjes. Daarna werd het een traditie. Elk jaar schonk zusterstad Oslo een kerstboom aan Rotterdam. Veelal werd de boom aan de Rotterdamse burgemeester overgedragen door de burgemeester van Oslo die daarvoor speciaal overkwam.
Niet altijd verliep alles vlekkeloos. Ergens in de jaren vijftig brak de boom tijdens het transport in tweeën. Hij werd toen ter plekke aan elkaar gespijkerd en niemand die er iets van zag. En in 1997 protesteerden de Centrumdemocraten. Zij wilden afschaffing van de boom uit protest tegen het doodknuppelen van zeehondjes door Noorwegen.
In 2014 is het gedaan met de traditionele Noorse kerstboom bij het stadhuis. De Noorse burgemeester laat Aboutaleb per brief weten het sturen van de Noorse spar duur, omslachtig en milieuonvriendelijk te vinden.
De fotograaf is Ary Groeneveld en de foto komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam.
Met medewerking van Rotterdam van toen
