De Van Speykstraat bij de Nieuwe Binnenweg, 1969
Tijdens de Belgische Opstand was Van Speyk commandant van ’s lands gaffelkanonneerboot nº 2, een zeilschip bewapend met 1 kanon. Hij had de opdracht alle schepen van en naar Antwerpen te controleren sinds die stad vanaf begin oktober 1830 zich bij de opstand had aangesloten. Van Speijk nam deel aan het bombardement op Antwerpen op 27 oktober, waarvoor hij werd onderscheiden met het ridderkruis der vierde klasse van de Militaire Willems-Orde.
Op 5 februari 1831 kreeg Van Speijk de opdracht om naar Oosterweel te varen om scheepsladingen te controleren, zoals al vele malen eerder die winter. Maar toen dreef zijn schip op de Schelde nabij Fort Sint Laurentius, door een harde noordwestenwind en een slecht functionerend anker, naar de kant, waar een woedende menigte van Antwerpse arbeiders en de militairen van het vrijkorps De Gorter (onder bevel van kapitein Grégoire) op het schip afkwamen. De rol van de militairen bij de bestorming van het schip was echter beperkt.
Volgens de Nederlandse fuselier Johannes van Oostendorp was er op dat moment sprake van een wapenstilstand. In zijn ooggetuigenverslag beschrijft hij hoe “het grauw” zonder ondersteuning van de militairen het schip aanvielen. Een aantal van hen zou op zijn schip zijn gesprongen om de vlag te bemachtigen. Hierop zou Van Speijk naar de kajuit zijn gegaan, zogenaamd om de papieren te halen. Door zijn sigaar in een vat met buskruit te steken bracht hij het schip tot ontploffing. Hij zou hierbij de historische laatste woorden hebben gesproken: “…en een infame Brabander worden? Dan liever de lucht in”. Een aantal bronnen trekken deze woorden echter in twijfel.
Een scheepsjongen die bij hem stond en zijn intenties begreep, waarschuwde nog een paar van zijn maten (waaronder de bootsman en loods) en sprong overboord. Bij de ontploffing kwamen 28 van de 31 bemanningsleden om, onder wie Van Speijk zelf.
De foto komt uit de fotocollectie van het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt van Wikipedia.
Met medewerking van Rotterdam van toen