Een vrouw voert duiven op het Stadhuisplein, 1973
Het Stadhuisplein is verkeersvrij en door de aanwezigheid van meerdere horecagelegenheden is het een populaire uitgaansplek. Het plein ligt direct voor het stadhuis van Rotterdam, aan de Coolsingel. Grote successen van Feyenoord worden er door duizenden supporters gevierd. Het is een belangrijke verbinding tussen Coolsingel en Lijnbaan. Op het plein bevindt zich de beeldengroep Monument voor alle gevallenen 1940 – 1945 van Mari Andriessen.
Duiven hebben in de stad nauwelijks natuurlijke vijanden. En omdat er veel voedsel is, kunnen er snel veel duiven zijn. Duiven maken nesten op balkons, vensterbanken, zolders etc. Daar kunnen ze voor overlast zorgen, door vervuiling van de omgeving. Een duif laat ongeveer veertien kilogram mest per jaar achter. Ook door stank en door het voortdurend koeren kunnen duiven voor overlast zorgen. Soms veroorzaken duiven zelfs ziekten bij de mens. Zij worden ook wel ‘vliegende ratten’ genoemd. Maar moeten we echt bang zijn voor de duif?
Duiven (maar ook andere vogels) dragen soms verschillende ziekteverwekkers bij zich, zoals bacteriën, virussen en schimmels. Mensen kunnen worden besmet als zij véél in aanraking komen met duiven. Door inademing van ziekteverwekkers ontstaan longziekten, zoals papegaaienziekte. Als mensen via de mond uitwerpselen van duiven binnenkrijgen, kan dit leiden tot klachten van de maag of de darmen. Toch is het overbrengen van een infectieziekte door duiven op mensen zeldzaam. De kans dat mensen in de stad een infectieziekte oplopen door stadsduiven is dan ook klein.
Opgedroogde uitwerpselen, veren en huidschilfers van duiven kunnen in de lucht terechtkomen. Als ze worden ingeademd, kunnen deze deeltjes een allergie (overgevoeligheid) veroorzaken. Dat kan leiden tot ziekten zoals astma en een duivenmelkerlong.
De fotograaf is Lex de Herder en de foto komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt van Wikipedia en van GGD Rotterdam Rijnmond.
Met medewerking van Rotterdam van toen