Zweedsestraat, 1975
Wethouder Hans Mentink (in het midden, met stropdas) stelt in de Zweedsestraat de eerste van een serie verkeersdrempels in gebruik, 19-20 februari 1975 (geschat).
De Zweedsestraat is vernoemd naar het land Zweden. Deze straat heette van 1936 tot 1945 Duitschestraat.
De woonwijk Oud-Mathenesse ten westen van de Schiedamseweg ligt in de voormalige polder Oud-Mathenesse. Deze polder heet naar de ambachtsheerlijkheid Mathenesse die al in 1276 voorkomt. Een tweede wijk, eveneens in het westelijk deel van de stad, betreft de havenwijk in de voormalige polder Nieuw-Mathenesse ten zuiden van de Schiedamseweg.
Mr. Hans Mentink (1934) is een Nederlands jurist en politicus. Hij was wethouder namens de Partij van de Arbeid in Rotterdam.
Mentink werd in 1970 lid van de gemeenteraad voor D66. In 1973 stapte hij over naar de PvdA. Van 1974 tot 1982 was hij wethouder Ruimtelijke Ordening, Verkeer en Vervoer en Openbare Werken onder burgemeester André van der Louw. Onder zijn bewind werd de wederopbouwperiode beëindigd en onder meer een kantorenstop voor de binnenstad afgekondigd. Om de sturende rol van de gemeente, in plaats van het bedrijfsleven, in de ruimtelijke ordening te benadrukken deed hij in die tijd de uitspraak: de hoogbouw van Shell is de ‘laatste erectie van het grootkapitaal’ in Rotterdam.Onder zijn leiding kwamen onder andere de nieuwe Willemsbrug en de Blaakoverbouwing tot stand. Na zijn wethouderschap nam hij zijn oude beroep van advocaat weer op. De Rechtbank benoemde hem tot curator in een aantal spraakmakende failissementen, zoals van KEP, fabrikant van het z.g.”fraudebestendige” paspoort en van het, in milieuschandalen verwikkelde bedrijf, Tankcleaning Rotterdam. Hij verdedigde met succes onder meer Mr. Pieter Slavenburg, President -Directeur van de van witwassen verdachte Slavenburg’s Bank en Bram Peper in diens z.g. bonnetjes-affaire. In 2006 promoveerde Mentink aan de Rijksuniversiteit Leiden op een proefschrift over de Raad voor de Journalistiek.
De fotograaf is Ary Groeneveld en de foto komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt eveneens uit het Stadsarchief Rotterdam en van Wikipedia
Met medewerking van Rotterdam van toen