Radio Hertogjansplace
KatendrechtRotterdam van toen

De Rijnhaven ter hoogte van Pakhuismeesteren, 1975

De Rijnhaven is een van de oudste havens op de zuidoever van de Nieuwe Maas. De aanleg duurde van 1887 tot 1895. De oppervlakte is 28 ha.
De haven werd in eerste instantie gegraven als berghaven voor rijnschepen, voornamelijk voor in de winter als de rijnschepen door bevriezing van de bovenrivieren de Rijn niet konden opvaren.
In 1888 schreef de directeur van Gemeentewerken, G.J. de Jongh in een rapport echter dat het transitoverkeer op Rotterdam bleef toenemen en dat daarom de nieuwe Rijnhaven door uitdieping geschikt moest worden gemaakt voor de grootste zeeschepen.
De Rijnhaven werd een haven voor de overslag van massagoed ‘op stroom’. De zeeschepen meerden aan boeien, los van de kade. Later verloor de Rijnhaven de overslagfunctie en werd het weer vooral een berghaven voor binnenvaartschepen.
‘Pakhuismeesteren’ is het meervoud van ‘pakhuismeester’. Een pakhuismeester is een opzichter van een pakhuis. Van Dale vermeldt tegenwoordig als synoniemen magazijnbaas, magazijnhouder en stapelmeester.
Als meervoudsvorm werden pakhuismeesters en pakhuismeesteren willekeurig naast elkaar gebruikt. Het was destijds ook de benaming van een door de Vereenigde Oostindische Compagnie (V.O.C.) en later door het gouvernement aangestelde ambtenaar die belast was met het toezicht op de pakhuizen waarin de koloniale waren werden opgeslagen.
Pakhuismeester(en) was aanvankelijk uitsluitend de benaming van een activiteit, een beroep, die echter later ook doordrong tot de firmanamen van bedrijven die zich met die dienstverlening en daarmee verband houdende handel bezighielden.
De fotograaf is Lex de Herder en de foto komt uit het Stadsarchief Rotterdam. De informatie komt van Wikipedia

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *